Huiseigenaren betalen dit jaar gemiddeld 1,88% meer aan onroerende zaakbelasting (ozb) dan vorig jaar. Daarmee beperken de meeste gemeenten volgens VEH de jaarlijkse stijging van deze belasting op de eigen woning. Maar er zijn uitzonderingen, zoals een stijging met 20% in het Limburgse Beesel.
In Eindhoven, Hilvarenbeek, Stadskanaal en Scherpenzeel stijgt de ozb met ruim 14% fors. “Voor deze gemeenten betekent de collectieve afspraak met minister Plasterk om de ozb maximaal 1,97% te laten stijgen geen belemmering om de eigen ozb fors op te schroeven”, aldus Vereniging Eigen Huis. De belangenvereniging onderzocht in 392 gemeenten de ontwikkeling van de gemeentelijke woonlasten die bestaan uit ozb, rioolheffing en afvalstoffenheffing.
De verantwoording aan de burgers over deze belastingverhoging is volgens VEH onder de maat. De gemeenten Beesel (+20%) en Scherpenzeel (+15%) geven hiervoor echter geen verklaring, Eindhoven (+15%) en Stadskanaal (+15%) antwoorden dat het geld toe te voegen aan de algemene middelen of te gebruiken voor niet nader omschreven investeringen.
In 75 van de onderzochte gemeenten daalt de ozb. Grootste dalers zijn de gemeenten Waddinxveen en Wageningen met 10%. Landelijk gezien betalen huiseigenaren in Nederland dit jaar gemiddeld 293 euro aan ozb. Vorig jaar was dat nog 288 euro.