Wanneer een bank redelijkerwijs kan vermoeden dat een klant/vermogensbeheerder een effecten/bankrekening bij de bank gebruikt om derden te benadelen, dan heeft de bank een zorgplicht ten opzichte van die derden. Een consument laat in 2008 een deel van zijn vermogen bedoeld voor de oudedagsvoorziening beleggen door een ‘vermogensbeheerder’. De vermogensbeheerder, zo blijkt later, heeft niet de vereiste vergunning en in 2010 resteert nog slechts een fractie van het totaal ingelegde vermogen. De consument heeft zich eerst bij de Geschillencommissie en vervolgens bij de Commissie van Beroep van Kifid beklaagd over het feit dat BinckBank haar zorgplicht ten opzichte van derden heeft geschonden. De consument wil dat de bank het geleden financiële nadeel vergoedt.