Er is een groot tekort aan woningen voor starters. Er wordt te weinig gebouwd en wat er wordt gebouwd is voor veel starters te duur, zeggen Martin Hagedoorn en Liesbeth Rooijmans namens het Platform Woonstarters. Ze pleiten ervoor om elke creatieve oplossing die er is in te zetten.
Het grootste probleem als het gaat om starters zit bij de middeninkomens, zegt Rooijmans. Zij is teammanager marketing en communicatie bij SVn. Het gaat om huishoudens met een inkomen van maximaal 50.000 euro per jaar. Die verdienen te veel voor een sociale huurwoning, maar er worden bijna geen koopwoningen gebouwd die zij kunnen betalen.
“Voor die groep moet je bouwen voor een prijs tot 250.000 euro. We zien alleen dat dit bijna niet gebeurt omdat het niet uit kan. De grote uitdaging is om die prijzen omlaag te krijgen.”
Hagedoorn, Manager Product & Business Expertise bij CMIS Franchise pleit voor creatieve oplossingen. “We moeten veel meer kant en klaar uit de fabriek halen zodat we echt tempo kunnen maken en veel goedkoper kunnen bouwen. Ik denk dat we ook moeten kijken naar flexwoningen die tien of vijftien jaar blijven staan. Ik las onlangs over levensloopbestendige woningen. Daarnaast moet je denken aan het ombouwen van kantoor- en winkelruimtes.”
Een andere oplossing is om meer mogelijkheden te scheppen voor zelfbouw, ook wel Collectief Particulier Opdrachtgeverschap. Omdat jongeren dan veel zelf doen, eventueel samen met vrienden, blijven de kosten lager dan als een projectontwikkelaar een woning neerzet, legt Hagedoorn uit.
Rooijmans bevestigt dit. Bij online starterscafés die SVn met De Hypotheekshop en gemeenten organiseerde in de Week van de Starter werden veel vragen gesteld over zelfbouw. “Mensen zijn vaak wanhopig omdat ze nergens aan de beurt komen. Soms zien ze toch kans om ergens een perceel op de kop te tikken. Je denkt dat dit alleen in de Achterhoek kan, maar er zijn ook bijzonder succesvolle projecten in bijvoorbeeld Den Haag met Collectief Particulier Opdrachtgeverschap. Het klinkt bijna als een sprookje, maar het gebeurt wel.”
Bouwen voor senioren kan een belangrijke bijdrage leveren aan de oplossing. Eerder dit jaar pleitte Marja Elsinga van de TU Delft ervoor woonconcepten te ontwikkelen die aansluiten bij de vraag van ouderen. Op het moment dat zij doorstromen, komt er een keten van verkopen op gang waarvan ook starters profiteren.
Het is alleen nog niet zo eenvoudig om deze groep te verleiden te verhuizen, zegt Rooijmans. “Senioren hebben vaak een woning met een hele lage huur of hypotheek. Er wordt vaak een beetje verwijtend gesproken over ouderen die huizen vasthouden, maar als je gaat luisteren naar deze groep kom je tot de conclusie dat ze wel gek zouden zijn om het anders te doen. Als we willen dat senioren doorstromen dan moet het echt aantrekkelijker worden.”
Uiteindelijk is veel meer bouwen onvermijdelijk, concludeert Hagedoorn. “Iedereen voelt wel aan dat over tien jaar heel veel babyboomers de woningmarkt gaan verlaten. Daar zit een belangrijk deel van de oplossing, maar op de korte termijn is er enorme woningnood. Je ontkomt er nu dus niet aan om heel veel extra ruimte te creëren voor starters.”
Regelmatig legt Kop-Munt een heikele kwestie voor aan een panel van hypotheekadviseurs. Deze week vertellen zij over hun visie op de nieuwe regels omtrent de weging van de studieschuld bij een hypotheek.
De afschaffing van de overdrachtsbelasting voor starters werd tijdens Prinsjesdag 2020 met veel bombarie aangekondigd. Donderdag 12 november is deze in aangepaste vorm als onderdeel van het Belastingplan 2021 aangenomen in de Tweede Kamer, maar is nog altijd niet definitief. Wat houdt deze aanpassing in voor de consument?
De historisch lage rente heeft veel woningbezitters dit jaar aangespoord om hun hypotheek over te sluiten. Hoewel het aantal oversluiters historisch groot is, is de bodem van de vijver nog lang niet in zicht. Naast de lage rente zijn er namelijk ook andere redenen waarom mensen naar een andere hypotheekaanbieder gaan.
Er valt iets op aan de economische data van de huidige crisis. En Ellen Hensbergen, directeur van MUNT hypotheken, vraagt zich in deze column af of u hetzelfde denkt te zien als zij.