De Nederlandse woningmarkt is krapper dan ooit. Het aanbod blijft dalen - en vergeleken met een jaar geleden staat bijna een kwart minder huizen te koop. Niek Hoogeveen van Taxatheek.nl houdt de woningmarkt nauwlettend in de gaten.
Sinds 2015 is de koopprijs van een woning met 51,7% gestegen, zo rekent Hoogeveen voor. De grootste stijging vond afgelopen kwartaal plaats. “De prijzen zijn in twintig jaar niet zo hard toegenomen als nu”, ziet Hoogeveen. Hij verzamelt maandelijks data van het Kadaster, Funda en de NVM. Het Kadaster meldde dat het aantal verkopen bijna dertig procent pluste ten opzichte van het eerste kwartaal van 2020. De gemiddelde prijs steeg met bijna twintig procent, terwijl het aantal te koop staande objecten flink af nam. “Er is sprake van een historisch laag aanbod, dat drijft de prijs alleen maar verder op”, concludeert Hoogeveen.
Volgens het Kadaster is het aantal woningverkopen hard gestegen afgelopen kwartaal, terwijl de NVM eerder een daling liet zien. Hoe zit dat? “De NVM registreert een verkoop op het moment dat beide partijen de koopovereenkomst hebben getekend, het Kadaster registreert de verkoop op het moment dat de notaris de akte passeert”, legt Hoogeveen uit. “De NVM registreert een verkoop hierdoor zo’n twee tot drie maanden eerder.” Dat betekent dat de NVM cijfers actueler zijn, maar de NVM-leden hebben een marktaandeel van ongeveer 69%. Die cijfers zijn dus niet volledig.
Kijkend naar de huidige cijfers, moeten potentiële kopers bij zichzelf te rade gaan. Hoogeveen: “Is dit het juiste moment om een huis te kopen?”
De AFM doet in haar jaarlijkse wetgevingsbrief een nogal ingrijpende aanbeveling. De studieschuld moet voortaan geregistreerd worden bij het BKR, vindt de financiële toezichthouder. Hypotheekadviseurs zien dat niet zitten, zo blijkt uit een poll op deze site: 81,8% van de respondenten vindt het een slecht idee.
Grote groepen komen helemaal niet meer aan bod op de huizenmarkt. Arjen Gielen, voorzitter van de raad van bestuur van NHG, ziet dat starters veel minder gebruik kunnen maken van de regelingen.
Elke maand beantwoordt een hypotheekadviseur een vraag van een collega, waarna deze adviseur zelf een vraag stelt aan een andere vakgenoot. Voorwaarde: ze mogen geen directe collega’s zijn. Peter ter Harmsel is financieel adviseur in Amersfoort. Naamgenoot en vriend Peter van der Meer uit Elburg heeft hem de volgende vraag gesteld.
Een familielening. Het klinkt gezellig en de regeling lijkt voor beide partijen fiscaal aantrekkelijk. Dat is het ook, zolang je de overeenkomst maar zakelijk benadert. Hoe kunnen de familieleden maximaal profiteren van de familielening zonder dat fiscus dwars gaat liggen?