ANBO heeft onlangs per gemeente in kaart gebracht hoe groot de woningnood onder ouderen nu is en hoe groot die in 2040 zal zijn. Deze neemt sterk toe omdat het aantal alleenstaande ouderen in deze periode bijna zal verdubbelen tot 1,7 miljoen. Deze mensen vallen tussen wal en schip op het moment dat ze eigenlijk niet meer in hun eigen huis kunnen wonen maar nog lang niet toe zijn aan het verpleeghuis, legt Liane den Haan, directeur-bestuurder van ANBO uit.
“Dit is zeker de groep die met het grootste tekort zit. We komen nu rond de 80.000 woningen tekort. De verzorgingstehuizen zijn weg omdat er veel leegstand was en mensen daar niet meer wilden wonen. Wij hebben toen gezegd dat er dan wel alternatieven gecreëerd moesten worden. Dat is niet gebeurd en we zien dat we nu een probleem hebben.”
De gevolgen zijn in de hele woningmarkt te voelen constateert Den Haan. “Dat levert tegelijkertijd een probleem op voor jongeren. Als ouderen niet kunnen doorstromen kunnen starters niet naar gezinswoningen als ze kinderen krijgen en kunnen jongeren niet naar een starterswoning. Moet je voorstellen dat die woningen er wel zijn dan schuift dat allemaal enorm op.”
Gemeenten die bouwen voor jongeren pakken het woningtekort dan ook van de verkeerde kant aan, gaat ze verder. “Een aantal wethouders zeggen dat ze nu eerst voor jongeren gaan bouwen. Het klinkt logisch om daar te kijken, aan het begin van de keten, maar in dit geval moet je echt aan het einde van de keten kijken wat we moeten doen om het gat tussen thuis en het verpleeghuis op te vullen.”
In totaal is in Nederland 13 miljard euro nodig om woningen aan te passen of nieuwe woningen te bouwen, heeft ANBO uitgerekend. “Er staan heel veel scholen en kantoorgebouwen leeg. Om die om te bouwen vergt wel een enorme investering. Vaak is het goedkoper om nieuw te bouwen, zeker omdat wensen en behoeften van ouderen veranderen. Die willen wonen in kleinschalige woonzorgcentra of woongroepen.”
De grootste obstakels worden daarbij door de overheid opgeworpen. Particuliere initiatieven komen vaak niet van de grond door wet- en regelgeving of omdat gemeenten de grond niet willen uitgeven voor seniorenbouw. “Gemeenten moeten hun begroting sluitend krijgen. Omdat seniorenhuisvesting nou eenmaal goedkoper is zitten ze dan met een gat in hun begroting”, zegt Den Haan.
Ze wijst erop dat als ouderen in niet passende woningen wonen, dat ook leidt tot maatschappelijke kosten. “We moeten uitrekenen of het oplossen van problemen met de woningvoorraad meer of minder kost dan mensen hele dure thuiszorg geven, of ze opnemen in een verpleeghuis als ze in een crisissituatie terechtkomen.”
Die rekensom wordt niet gemaakt. “Ik denk dat het goedkoper is te zorgen voor een passende woningvoorraad dan om te investeren in de zorg.” Daarbij zou de overheid dan ook nog eens een groot deel van de startersproblematiek kunnen oplossen.